Sneltoetsen

U kunt de volgende sneltoetsen gebruiken tijdens het werken met ESET SysInspector:

Bestand

Ctrl+O

Een bestaand logbestand openen.

Ctrl+S

Logbestanden opslaan.

Genereren

Ctrl+G

hiermee wordt een standaardmomentopname van de computerstatus gemaakt

Ctrl+H

een momentopname van de computerstatus maken die ook vertrouwelijke gegevens mag bevatten

Items filteren

1, O

Goed, items met het risiconiveau 1-9 worden weergegeven.

2

Goed, items met het risiconiveau 2-9 worden weergegeven.

3

Goed, items met het risiconiveau 3-9 worden weergegeven.

4, U

Onbekend, items met het risiconiveau 4-9 worden weergegeven.

5

Onbekend, items met het risiconiveau 5-9 worden weergegeven.

6

Onbekend, items met het risiconiveau 6-9 worden weergegeven.

7, B

Riskant, items met het risiconiveau 7-9 worden weergegeven.

8

Riskant, items met het risiconiveau 8-9 worden weergegeven.

9

Riskant, items met het risiconiveau 9 worden weergegeven.

-

Het risiconiveau verlagen.

+

Het risiconiveau verhogen.

Ctrl+9

Filtermodus, gelijk niveau of hoger.

Ctrl+0

Filtermodus, alleen gelijk niveau.

Beeld

Ctrl+5

Weergeven op leverancier, alle leveranciers.

Ctrl+6

Weergeven op leverancier, alleen Microsoft.

Ctrl+7

Weergeven op leverancier, alle overige leveranciers.

Ctrl+3

Volledige details weergeven.

Ctrl+2

Gemiddelde hoeveelheid details weergeven.

Ctrl+1

Alleen essentiële details weergeven.

Backspace

Eén stap terug gaan.

Spatiebalk

Eén stap vooruit gaan.

Ctrl+W

Structuur uitvouwen.

Ctrl+Q

Structuur samenvouwen.

Overige besturingselementen

Ctrl+T

Terug naar de oorspronkelijke locatie van item na selectie in zoekresultaten.

Ctrl+P

Basisinformatie over een item weergeven.

Ctrl+A

Volledige informatie over een item weergeven.

Ctrl+C

De structuur van het huidige item kopiëren.

Ctrl+X

Items kopiëren.

Ctrl+B

Informatie over geselecteerde bestanden zoeken op internet.

Ctrl+L

De map van het geselecteerde bestand openen.

Ctrl+R

De bijbehorende vermelding openen in de Register-editor.

Ctrl+Z

Het pad naar een bestand kopiëren (als het item is gekoppeld aan een bestand).

Ctrl+F

De focus verplaatsen naar het zoekveld.

Ctrl+D

De zoekresultaten sluiten.

Ctrl+E

Servicescript uitvoeren.

Vergelijken

Ctrl+Alt+O

Het oorspronkelijke/vergelijkende logbestand openen.

Ctrl+Alt+R

De vergelijking annuleren.

Ctrl+Alt+1

Alle items weergeven.

Ctrl+Alt+2

Alleen toegevoegde items weergeven; het logbestand bevat de items die aanwezig zijn in het huidige logbestand.

Ctrl+Alt+3

Alleen verwijderde items weergeven; het logbestand bevat de items die aanwezig zijn in het vorige logbestand.

Ctrl+Alt+4

Alleen vervangen items weergeven (inclusief bestanden).

Ctrl+Alt+5

Alleen verschillen tussen logbestanden weergeven.

Ctrl+Alt+C

Vergelijking weergeven.

Ctrl+Alt+N

Het huidige logbestand weergeven.

Ctrl+Alt+P

Het vorige logbestand openen.

Overige

F1

De Help weergeven.

ESC, Alt+F4

Het programma afsluiten.

Alt+Shift+F4

Het programma zonder bevestiging afsluiten.

Ctrl+I

Logboekstatistieken.