Instellingen voor updates

Instellingen voor updates zijn beschikbaar in de structuur voor Geavanceerde instellingen (F5) onder Bijwerken . In dit gedeelte wordt informatie gegeven over de bron van de update, zoals de updateservers die worden gebruikt en verificatiegegevens voor deze servers.


important

Het is belangrijk alle updateparameters correct in te vullen, zodat updates correct worden gedownload. Als u een firewall gebruikt, dient u te controleren of uw ESET-programma met internet mag communiceren (bijvoorbeeld HTTPS-communicatie).

icon_section Basis

Het updateprofiel dat nu in gebruik is, wordt weergegeven in het vervolgkeuzemenu Selecteer standaardprofiel voor bijwerken.

Zie het gedeelte Profielen om een nieuw profiel te maken.

Updatemeldingen configureren: klik op Bewerken om de toepassingsmeldingen te selecteren die moeten worden weergegeven. U kunt voor de meldingen kiezen uit Weergeven op bureaublad en/of Verzenden via e-mail.

Als u problemen ondervindt bij het downloaden van updates voor de modules, klikt u op Wissen naast Update-cache wissen om tijdelijke updatebestanden te verwijderen.

Verouderde waarschuwingen van de detectie-engine

Maximumleeftijd voor detectie-engine automatisch instellen: hier kunt u de maximale tijd (in dagen) instellen waarna de detectie-engine als verouderd wordt aangemerkt. De standaardwaarde van Maximumleeftijd voor detectie-engine (dagen) is 7.

Module terugdraaien

Als u vermoedt dat een nieuwe update van de detectie-engine en/of programmamodules instabiel of beschadigd is, kunt u de vorige versie herstellen en alle updates voor een bepaalde periode uitschakelen.

CONFIG_UPDATE_BASIC

icon_section Profielen

Updateprofielen kunnen worden gemaakt voor verschillende updateconfiguraties en taken. Het maken van updateprofielen is vooral handig voor mobiele gebruikers, die een alternatief profiel nodig hebben voor eigenschappen van internetverbindingen die regelmatig worden gewijzigd.

In de vervolgkeuzelijst Selecteer profiel om te bewerken wordt het geselecteerde profiel weergegeven en wordt dit standaard ingesteld op Mijn profiel.

U kunt een nieuw profiel maken door op Bewerken naast Lijst met profielen te klikken, uw eigen Profielnaam op te geven en te klikken op Toevoegen.

Updates

Standaard is Updatetype ingesteld op Reguliere update om ervoor te zorgen dat updatebestanden automatisch worden gedownload bij de ESET-server met het minste netwerkverkeer. Bèta-updates (de optie Bèta-update) zijn updates die intern grondig zijn getest en die naar verwachting binnenkort voor iedereen beschikbaar zullen zijn. U kunt profijt hebben van bèta-updates, omdat u dan toegang hebt tot de meest recente detectiemethoden en oplossingen. Het is echter mogelijk dat bèta-updates nog niet altijd stabiel genoeg zijn. Gebruik ze daarom NIET op productieservers en werkstations die een maximale beschikbaarheid en stabiliteit moeten bieden. Met Uitgestelde update worden alleen updates uitgevoerd vanaf speciale updateservers die nieuwe versies van virusdatabases bieden met een vertraging van minstens X uur (databases zijn getest in een echte omgeving en worden daarom als stabiel beschouwd).

Optimalisatie van de levering van updates inschakelen: indien ingeschakeld, kunnen updatebestanden worden gedownload van CDN (content delivery network). Het uitschakelen van deze instelling kan onderbrekingen en vertragingen veroorzaken bij het downloaden wanneer speciale ESET-updateservers overbelast zijn. Uitschakelen is handig wanneer een firewall alleen toegang heeft tot IP-adressen van de ESET-updateserver of een verbinding met CDN-services niet werkt.

Vragen alvorens update te downloaden: het programma geeft een melding weer waarin u kunt kiezen of u het downloaden van de update wilt bevestigen of weigeren. Als het updatebestand groter is dan de waarde die is opgegeven bij Vragen of een updatebestand groter is dan (kB), geeft het programma een bevestigingsdialoogvenster weer. Als de grootte van het updatebestand wordt ingesteld op 0 kB, geeft het programma altijd een bevestigingsdialoogvenster weer.

CONFIG_UPDATE_SOURCE

Module-updates

De optie Automatisch kiezen is standaard ingeschakeld. De optie Aangepaste server is de locatie waar updates worden opgeslagen. Als u een ESET-updateserver gebruikt, raden we aan de standaardoptie geselecteerd te laten.

Vaker updates van detectiekenmerken inschakelen: detectiekenmerken worden met een korter interval bijgewerkt. Het uitschakelen van deze instelling kan gevolgen hebben voor het detectiepercentage.

Module-updates van verwisselbaar medium toestaan: hiermee kunt u de software bijwerken vanaf een verwisselbaar medium als zich daarop een exacte kopie bevindt. Als Automatisch is geselecteerd, wordt het bijwerken op de achtergrond uitgevoerd. Selecteer Altijd vragen als u updatedialoogvensters weergegeven wilt hebben.

Bij gebruik van een lokale HTTP-server (ofwel de mirrorserver) moet de updateserver als volgt worden ingesteld:
http://computernaam_of_het_IP-adres_ervan:2221

Bij gebruik van een lokale HTTP-server met SSL moet de updateserver als volgt worden ingesteld:
https://computernaam_of_het_IP-adres_ervan:2221

Bij gebruik van een lokale gedeelde map moet de updateserver als volgt worden ingesteld:
\\computernaam_of_het_IP-adres_ervan\gedeelde_map


note

Het nummer van de HTTP-serverpoort in de bovenstaande voorbeelden is afhankelijk van de poort waarop uw HTTP/HTTPS-server controleert.

Bijwerken van programmaonderdelen

Zie Bijwerken van programmaonderdelen.

Verbindingsopties

Zie Verbindingsopties.

Updatemirror

Zie Mirror voor updates.