Updatemirror
Met ESET Endpoint Security kunt u kopieën maken van updatebestanden die kunnen worden gebruikt om andere werkstations in het netwerk bij te werken. Het gebruik van een "mirror" (een kopie van de updatebestanden in de LAN-omgeving) is handig omdat de updatebestanden dan niet herhaaldelijk door elk werkstation hoeven te worden gedownload bij de updateserver van de leverancier. Updates worden gedownload naar de lokale mirrorserver en vervolgens naar alle werkstations gedistribueerd, waardoor overbelasting van het netwerk wordt voorkomen. Als clientwerkstations worden bijgewerkt op basis van een mirror wordt de netwerkbelasting gelijkmatig verdeeld en wordt bandbreedte voor uw internetverbinding bespaard.
Met mirror voor updates worden kopieën van updatebestanden gemaakt die kunnen worden gebruikt om werkstations bij te werken waarop dezelfde generatie van ESET Endpoint Security voor Windows wordt uitgevoerd. (Voor ESET Endpoint Security voor Windows versie 10.x worden bijvoorbeeld alleen updatebestanden gemaakt voor versie 10.x van ESET Endpoint Antivirus voor Windows en ESET Endpoint Security voor Windows) |
Als u internetverkeer wilt minimaliseren in netwerken waarin een groot aantal clients wordt beheerd met ESET PROTECT On-Prem of ESET PROTECT, raden we aan ESET Bridge te gebruiken en niet om een client als mirror te configureren. ESET Bridge kan worden geïnstalleerd met ESET PROTECT On-Prem of ESET PROTECT via een alles-in-één installatieprogramma of als zelfstandig onderdeel. Zie onze ESET PROTECT On-Prem Online Help-pagina voor meer informatie en verschillen tussen ESET Bridge, Apache HTTP Proxy, Mirror Tool en directe connectiviteit. |
De opties voor het configureren van de lokale mirrorserver vindt u in Geavanceerde instellingen > Bijwerken > Profielen > Mirror voor updates.
Schakel Mirror voor updates maken in als u een mirror op een clientwerkstation wilt maken. Als deze optie wordt ingeschakeld, worden andere configuratieopties voor mirrors, zoals de manier waarop updatebestanden worden geopend en het updatepad naar de mirrorbestanden, ingeschakeld.
Toegang tot updatebestanden
HTTP-server inschakelen: als u deze optie inschakelt, zijn updatebestanden eenvoudig toegankelijk via HTTP en hoeft u geen aanmeldingsgegevens in te voeren.
Methoden om toegang te krijgen tot de mirrorserver worden uitvoerig beschreven in Bijwerken vanaf de mirror. Er zijn twee basismethoden om toegang te krijgen tot de mirror: de map met updatebestanden kan worden aangeboden als een gedeelde netwerkmap, of clients kunnen toegang krijgen tot de mirror die zich op een HTTP-server bevindt.
De map die specifiek is bestemd voor het opslaan van updatebestanden voor de mirror wordt gedefinieerd onder Opslagmap. Als u een andere map wilt kiezen, klikt u op Wissen om de vooraf gedefinieerde map C:\ProgramData\ESET\ESET Endpoint Security\mirror te verwijderen en klik op Bewerken om naar een map te bladeren op de lokale computer of een gedeelde netwerkmap. Als verificatie voor de opgegeven map is vereist, moeten verificatiegegevens worden opgegeven in de velden Gebruikersnaam en Wachtwoord. Als de geselecteerde doelmap zich bevindt op een netwerkschijf waarop het besturingssysteem Windows NT/2000/XP wordt uitgevoerd, moeten aan de opgegeven gebruikersnaam en het opgegeven wachtwoord schrijfrechten voor de geselecteerde map zijn toegewezen. De gebruikersnaam en het wachtwoord worden ingevoerd in de indeling Domein/Gebruiker of Werkgroep/Gebruiker. Geef ook de bijbehorende wachtwoorden op.