Beveiliging van webtoegang

Beveiliging van webtoegang controleert communicatie tussen webbrowsers en externe servers op naleving van HTTP-regels (Hypertext Transfer Protocol).

U kunt webfilters instellen door de poortnummers voor HTTP-communicatie en URL-adressen te definiëren.

Webprotocollen

Schakel HTTP-protocolcontrole in of uit en definieer de poortnummers die worden gebruikt voor HTTP-communicatie. Standaard zijn de poortnummers 80, 8080 en 3128 vooraf gedefinieerd.

Schakel HTTPS-protocolcontrole in of uit en definieer de poortnummers die worden gebruikt voor HTTPS-communicatie. Het poortnummer 443 is vooraf gedefinieerd.

Schakel HTTP/3-verkeersscan in of uit en definieer de poortnummers die worden gebruikt voor HTTPS-communicatie. Het poortnummer 443 is vooraf gedefinieerd.

URL-adresbeheer

In het gedeelte kunt u HTTP-adressen opgeven die u wilt blokkeren, toestaan of uitsluiten van controle. Websites in de lijst met geblokkeerde adressen zijn niet toegankelijk. Websites in de lijst met uitgesloten adressen zijn toegankelijk zonder te worden gescand op schadelijke code.

Als u een lijst met toegestane, geblokkeerde of uitgesloten adressen wilt activeren, selecteert u er een en schakelt u de optie Lijst actief in. Als u een melding wilt krijgen wanneer u een adres invoert van de huidige lijst, schakelt u Op de hoogte gesteld in.

U kunt de speciale symbolen * (sterretje) en ? (vraagteken) gebruiken in een lijst. Het sterretje vervangt een willekeurige tekenreeks en het vraagteken vervangt een willekeurig symbool. Wees voorzichtig bij het opgeven van uitgesloten adressen, omdat in de lijst alleen vertrouwde en veilige adressen mogen staan. Ook moet u ervoor zorgen dat de symbolen * en ? correct worden gebruikt in deze lijst.

ThreatSense-parameters

Dit zijn gedetailleerde instellingen voor de scanengine die u alleen moet wijzigen als u een ervaren gebruiker bent. Voor de beste beveiliging en prestaties laat u de standaardwaarden ongewijzigd.